Logo uwwet.nl wetgeving overwegingen rechter juridische bijstand jurisprudentie uitwerkingen rechtspraak juristen regelgeving uitspraken advocaten besluiten notaris wetten rechtsbijstand rechterlijke beslissingen toelichtingen rechtshulp
www.uwwet.nl is er voor iedereen. Wij bedoelen dan ook iedereen.
Bestudeer uw rechten en plichten op uwwet.nl
-
-
Nieuws


Datum en nieuws - april 2014:


30 april 2014
Vrijspraak vier verdachten mensensmokkel en oplichting European University of Professional Education (EUPE)

'De rechtbank Den Haag heeft vier mannen die verdacht werden van mensensmokkel van negen Indiase studenten vrijgesproken. De studenten kregen van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) een Machtiging Voorlopig Verblijf (MVV), waarmee zij legaal naar Nederland konden reizen om voor een bedrag van €10.000 te studeren aan de “European University of Professional Education” (EUPE).

De officier van justitieheeft de verdenking van mensensmokkel gebaseerd op het gegeven dat de studenten de Engelse taal onvoldoende machtig waren en om die reden niet in staat zouden zijn een diploma te behalen aan de EUPE. De rechtbank oordeelt dat niet is komen vast te staan dat de studenten de Engelse taal onvoldoende beheersten of dat hun achterstand zo groot was dat mag worden verondersteld dat zij de opleiding aan de EUPE nooit succesvol hadden kunnen afronden.

Verder was de EUPE, waarvan een van de verdachten eigenaar en directeur is, een erkende onderwijsinstelling. De vier mannen hebben niet gelogen over het feit dat aan deze onderwijsinstelling een gedegen studie zou kunnen worden gevolgd en kwalitatief goed onderwijs kon worden genoten. De rechtbank oordeelt daarom bovendien dat er geen sprake is van oplichting.'



30 april 2014
Negen maanden cel in zaak dood baby

'De rechtbank Rotterdam heeft op 30 april 2014 uitspraak gedaan in de zaak van een 25-jarige vrouw inzake de dood van haar pasgeboren baby in juli 2013. De vrouw wordt veroordeeld tot 9 maanden gevangenisstraf, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, voor het in hulpeloze toestand laten van haar baby, hetgeen de dood tot gevolg heeft gehad.

De rechtbank acht niet bewezen dat de vrouw opzet heeft gehad op het doden van haar baby, of dat zij het plan had haar baby te doden. Zij heeft haar baby kort na de geboorte niet de benodigde lichamelijke verzorging, voeding en medische verzorging gegeven, maar ervoor gekozen om de baby gedurende een (uren)lange periode, zonder eten of drinken, in de kast te leggen en pas op een later moment naar het ziekenhuis te gaan. De verdachte heeft hiermee haar baby in een hulpeloze toestand gelaten als gevolg waarvan de baby is overleden. Het overlijden is redelijkerwijs aan het nalaten van de verdachte toe te rekenen. De baby is overleden als gevolg van een klaplong. Niet met zekerheid kan worden vastgesteld waardoor deze is ontstaan.

De rechtbank acht de vrouw verminderd toerekeningsvatbaar. Bij de vrouw is sprake van zwakbegaafdheid. Haar handelen lijkt met name te zijn ingegeven door paniek en verwarring na de plotselinge bevalling en de enorme angst voor ontdekking en de daaruit voortvloeiende gevolgen. Mede daarom heeft zij de gevolgen van haar daden niet volledig kunnen overzien.

Van de 9 maanden gevangenisstraf worden 3 maanden voorwaardelijk opgelegd. Ook zal de vrouw onder toezicht van Reclassering Nederland komen en als dat nodig wordt geacht ambulante psychische behandeling volgen.'



30 april 2014
Verpleegkundige die AWBZ-zorg in natura verleent, niet als ondernemer aangemerkt

'De Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat een verpleegkundige, die AWBZ-zorg in natura verleent via een bemiddelingsbureau, haar werkzaamheden niet voor eigen rekening en risico verricht en geen ondernemer is.

De verpleegkundige wordt via bemiddeling door verschillende (thuis)zorginstellingen ingeschakeld om voornamelijk 24-uurs zorg aan terminaal zieken te leveren. De Belastingdienst heeft de inkomsten uit deze werkzaamheden aangemerkt als loon uit dienstbetrekking.

Tot 1 oktober 2012 konden alleen (thuis)zorginstellingen die door de Minister van VWS zijn aangewezen, een contract afsluiten met een zorgkantoor, om ABWZ-zorg in natura te verlenen. Vanaf 1 oktober 2012 kunnen, in het kader van een pilot en onder specifiek daarvoor geldende voorwaarden ook natuurlijke personen voor het leveren van AWBZ-zorg in natura rechtstreeks een contract afsluiten met een zorgkantoor. Deze verpleegkundige heeft hieraan echter niet deelgenomen en heeft dus geen rechtstreeks contract afgesloten met een zorgkantoor.

Voor haar oordeel dat de verpleegkundige geen ondernemer is, vindt de rechtbank het van belang dat de (thuis)zorginstelling die de verpleegkundige heeft ingeschakeld voor de zorgverlening contractueel en wettelijk verplicht is de zorgtaak uit te voeren. De (thuis)zorginstelling blijft volledig verantwoordelijk en aansprakelijk voor alle aspecten van de door de verpleegkundige geleverde zorg. De (thuis)zorginstelling gaat de overeenkomst aan met de patiënt, niet de verpleegkundige, en stelt het zorgplan op waarin de te verlenen zorg wordt omschreven. Hieraan moet de verpleegkundige zich houden, al mag zij vanuit haar professionaliteit wel aanpassingen op het zorgplan voorstellen. De rechtbank heeft verder geoordeeld dat niet aannemelijk is geworden dat de verpleegkundige ondernemersrisico loopt.

De rechtbank oordeelt verder dat de Belastingdienst de verhouding tussen de verpleegkundige en de (thuis)zorginstelling terecht als een arbeidsovereenkomst heeft aangemerkt. Daarbij wijst de rechtbank er in het bijzonder op dat de (thuis)zorginstelling de overeenkomst sluit met de patiënt voor het leveren van zorg en verantwoordelijk blijft voor (de kwaliteit van) de zorg, en dat de verpleegkundige die voor het leveren van die zorg wordt ingeschakeld, verplicht is de werkzaamheden persoonlijk te verrichten en de vergoeding voor haar werkzaamheden rechtstreeks van de (thuis)zorginstelling krijgt.'



29 april 2014
Agent ontslagen van rechtsvervolging voor schieten op auto A1

'Een agent uit Utrecht is dinsdag door de rechtbank Midden-Nederland ontslagen van alle rechtsvervolging voor het schieten op een auto in augustus 2011 op de A1 ter hoogte van Muiden. Een inzittende raakte daarbij zwaar gewond. De rechtbank is van oordeel dat de agent in een hevige gemoedsbeweging, paniek, heeft gehandeld.

De agent had samen met een collega een auto met voortvluchtende verdachten van een woninginbraak op de A1 aangehouden. De agent kwam op een gegeven moment in de positie te staan dat de auto met voortvluchtenden recht op hem af kwam rijden. Hij dacht dat de auto hem omver zouden rijden en schoot tweemaal richting het voertuig. Een man achterin de auto werd geraakt in zijn rug en knie.

De rechtbank oordeelde dat de agent in een hevige gemoedsbeweging, paniek, twee keer schoot nadat de auto op hem was ingereden. Hij heeft op de auto geschoten en daarom is poging doodslag bewezen. Omdat de agent daarbij in paniek handelde, noodweerexces, wordt hij van alle rechtsvervolging ontslagen.'



29 april 2014
Geen nieuw onderzoek in Dexia zaken

'In hoger beroep is op 29 april 2014 uitspraak gedaan in de procedures van drie afnemers van effectenleaseproducten van Dexia. Het gerechtshof Amsterdam heeft geoordeeld dat er geen nieuw onderzoek komt naar het handelen van Dexia. Het volgt de conclusies van een eerder deskundigenrapport van de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

Heeft Dexia de aandelen wel gekocht?
De afnemers hadden overeenkomsten van effectenlease gesloten met Dexia (voorheen Bank Labouchere N.V. / Legio-Lease) en hadden na afloop daarvan een restschuld aan Dexia. Varde Investments (Ireland) heeft de vorderingen op de afnemers van Dexia overgenomen. Varde vordert nu betaling van de restschulden.

De afnemers hebben in deze zaak betoogd dat Dexia ten behoeve van de leaseproducten geen of in beperkte mate aandelen had gekocht en behouden. Dexia zou hebben volstaan met het aanschaffen van opties om de aandelen aan het einde van de looptijd te kunnen leveren, of zij zou ten behoeve van leaseproducten aangekochte aandelen aan derden hebben overgedragen. Als geen aandelen door Dexia zijn gekocht en behouden, kan volgens de afnemers aan het einde van de leaseovereenkomsten ook geen restschuld zijn ontstaan.

Onderzoek door de AFM
De vraag of Dexia wel ten behoeve van de leaseovereenkomsten aandelen had gekocht en behouden, is in het verleden al eerder gesteld. Het gerechtshof Amsterdam heeft mede naar aanleiding van die vraag een onderzoek laten uitvoeren door de AFM. Dat was ter voorbereiding op de uitspraak van 25 januari 2007 waarbij het gerechtshof een schikking (ook wel de Duisenberg-regeling genoemd) tussen Dexia en verschillende belangenorganisaties ‘algemeen verbindend’ heeft verklaard.

De AFM heeft naar aanleiding van de vragen van het gerechtshof op 9 november 2006 een deskundigenrapport uitgebracht. Daaruit blijkt onder andere dat het aantal aandelen dat door Dexia is aangehouden niet noemenswaardig afweek van het aantal aandelen dat volgens de cliëntenadministratie van Dexia nodig was voor de leaseovereenkomsten.

Geen reden tot twijfel
Het gerechtshof vindt dat op grond van het betoog van de afnemers er onvoldoende reden is om te twijfelen aan de juistheid van de eerdere conclusies van de AFM. Het heeft de afnemers dan ook op dit punt in het ongelijk gesteld.'



29 april 2014
Heropening nalatenschap Tristan van der V.

'De kantonrechter in Gouda heeft op het verzoek van Nationale-Nederlanden (NN) de vereffening van de nalatenschap van Tristan van der V. heropend. Hierdoor kan NN, via de nalatenschap, geld uitkeren aan slachtoffers van het schietdrama in Alphen aan den Rijn. Tristan van der V. had een aansprakelijkheidsverzekering bij NN.

Alle belanghebbenden die tijdens de zitting van 15 april 2014 aanwezig waren, konden zich verenigen met het verzoek van de verzekeraar. De kantonrechter heeft E.S. Groot uit Papendrecht aangewezen als vereffenaar, om de heropende nalatenschap af te handelen.'



29 april 2014
Hekwerk woning Haelen rechtmatig weggehaald

'De bestuursrechter van de rechtbank Limburg heeft maandag 28 april 2014 beslist, dat het weghalen van een hekwerk van een woning aan de Grote Kampweg te Haelen rechtmatig was, maar dat niet alle kosten mochten worden doorberekend.

Het opleggen van een zogeheten last onder bestuursdwang is volgens de rechtbank ‘niet onevenredig’. Daarvoor is vooral van belang dat de bewoners de kans hebben gekregen om een vergunning voor het hekwerk aan te vragen, maar die kans niet hebben benut.

Een bergingsbedrijf heeft onder politiebewaking het hekwerk op 21 juni 2012 verwijderd. Dit gebeurde in opdracht van burgemeester en wethouders van de gemeente Leudal. Daarbij hebben zich incidenten voorgedaan die tot inhechtenisneming van één van de bewoners heeft geleid.

Het college van B&W heeft ook besloten om de kosten van verwijdering van het hekwerk op de bewoners van de woning te verhalen en het heeft die kosten vastgesteld op € 8.663,32. Volgens de rechtbank is de hoogte van de kosten voor een groot deel bepaald door extra maatregelen in verband met de gespannen toestand ter plaatse. Die situatie is in belangrijke mate te wijten aan het optreden van het gemeentebestuur in het verleden. Daarom had naar het oordeel van de rechtbank het college zich moeten beperken tot de kosten die in een normale situatie worden gemaakt voor het verwijderen van zo’n hekwerk. De rechtbank stelt de door de bewoners verschuldigde kosten dan ook vast op € 1.964,75. Zie uitspraak: ECLI:NL:RBLIM:2014:3866

Daarnaast heeft de rechtbank ook beslist dat het college van B&W de eerder voor het hekwerk opgelegde dwangsom niet meer mag innen omdat die is verjaard. Zie uitspraak: ECLI:NL:RBLIM:2014:3865'



24 april 2014
Achttien jaar cel voor gevangenismoord

'De rechtbank Midden-Nederland veroordeelt een 31-jarige man uit Hoorn tot een gevangenisstraf van achttien jaar voor de moord op een medegedetineerde in de PI in Nieuwegein. De man wordt ook veroordeeld voor de zware mishandeling van een medegedetineerde in het huis van bewaring in Zwaag.

Zware mishandeling in Zwaag
Op 25 augustus 2012 vond in het huis van bewaring in Zwaag een steekpartij plaats. De rechtbank acht bewezen dat de verdachte een medegedetineerde in de rug heeft gestoken, waardoor het slachtoffer een klaplong opliep. Volgens de rechtbank is er sprake van zware mishandeling. De rechtbank spreekt de verdachte vrij van de tenlastegelegde poging tot doodslag omdat er onvoldoende duidelijkheid is over het mes waarmee werd gestoken en met welke kracht en snelheid dat is gebeurd.

Moord in Nieuwegein
Op 30 juli 2013 was verdachte opnieuw betrokken bij een steekpartij toen hij gedetineerd zat in de penitentiaire inrichting in Nieuwegein. Het slachtoffer en de verdachte hadden eind van de middag onenigheid, waarbij de verdachte door het latere slachtoffer werd geslagen. Verdachte heeft een mes gepakt en heeft dat bij zich gehouden. Begin van de avond heeft hij de medegedetineerde bij de keuken doodgestoken. De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat hier sprake is van moord.

Strafmaat
De rechtbank vindt een gevangenisstraf van achttien jaar passend en geboden. Mede gelet op het omvangrijke strafblad van verdachte, acht de rechtbank de kans op herhaling groot. Verdachte weigert mee te werken aan onderzoek naar zijn geestvermogens. Hierdoor hebben deskundigen niet kunnen vaststellen of er sprake is van een stoornis. Dit alles maakt dat een vrijheidsbenemende straf van aanmerkelijke duur wordt opgelegd.

De vorderingen van de benadeelde partijen ten aanzien van materiële schade zijn (deels) toegewezen. De vordering van de nabestaanden van het slachtoffer uit Nieuwegein ten aanzien van de immateriële schade is niet ontvankelijk verklaard.'



24 april 2014
Beslissing op onderzoekswensen Nijmeegse scooterzaak

'In de strafzaak tegen de twee verdachten in de Nijmeegse scooterzaak heeft het gerechtshof vandaag zijn beslissingen bekend gemaakt op de onderzoekswensen van de verdediging en de advocaat-generaal. De onderzoekswensen zijn besproken tijdens de regiezitting van vrijdag 18 april 2014.

Getuigen
Beide verdachten zullen in elkaars zaak als getuigen worden gehoord. Dit verhoor vindt plaats tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak.

Onderzoek letsel
Het Openbaar Ministerie gaat na of het nadere medische gegevens over het letsel van één van de verdachten in bezit heeft. Als dit het geval is, worden deze gegevens toegevoegd aan het dossier.

De verdediging van een van de verdachten wil dat een deskundige onderzoekt of aan de hand van de verwondingen van beide verdachten kan worden vastgesteld wie ten tijde van de aanrijding de motorscooter bestuurde en wie de bijrijder was.

In afwachting van de mogelijke beschikbaarheid van nadere medische gegevens over het letsel, houdt het hof de beslissing op dit verzoek aan.

Toevoeging voorafgaande gebeurtenissen
De verdediging van een van de verdachten heeft ook verzocht om gegevens toe te voegen aan het dossier die erop zouden kunnen wijzen dat de medeverdachte al bij een eerdere gebeurtenis ten onrechte iemand heeft aangewezen als de bestuurder van een scooter. Het hof wijst het verzoek toe.

Reconstructie, schouw en rijproeven
Het Openbaar Ministerie gaat onderzoeken of een reconstructie ter plaatse uitvoerbaar is. Mocht dat het geval zijn, dan wil de advocaat-generaal die uitvoeren in combinatie met een schouw. Ook als blijkt dat een reconstructie niet uitvoerbaar is, wil het advocaat-generaal graag een schouw houden.

De verdediging heeft gevraagd om rijproeven te laten verrichten om na te gaan of het mogelijk is dat de bijrijder het rijgedrag van de bestuurder manipuleert.

Het hof houdt zijn beslissing hierover aan, in afwachting op het antwoord op de vraag of de reconstructie uitvoerbaar is.

Schorsing onderzoek
Het hof zal de behandeling van de zaak aanhouden voor onbepaalde tijd. Daarbij verzoekt het hof de advocaat-generaal om, zodra er voldoende informatie is over een eventuele reconstructie, dit aan het hof kenbaar te maken zodat het hof zo spoedig mogelijk een datum voor een nieuwe regiezitting kan bepalen.'



24 april 2014
Celstraf voor oplichting van organisatie voor pensioen- en levensverzekeringen

'De rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, heeft op 24 april 2014 een 49-jarige man uit Doesburg veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar voor het oplichten van de vennootschap voor pensioen- en levensverzekeringen, waar hij destijds werkzaam was.

Mededader
De mededader, een 47-jarige man uit Eerbeek, is veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaar. Hij was niet werkzaam bij de vennootschap. De mannen hebben de vennootschap voor een bedrag van ongeveer 630.000 euro benadeeld.

Strafbepaling
Bij het bepalen van de straffen heeft de rechtbank onder meer rekening gehouden met het feit dat de strafzaak lang op zich heeft laten wachten en het feit dat de officier van justitie aanvankelijk besloten had om de mannen niet te vervolgen. Daarom heeft de rechtbank een lagere straf opgelegd, dan door de officier van justitie is geëist.'



23 april 2014
Dolfinarium mocht orka Morgan overbrengen naar Tenerife

'De toestemming van de staatssecretaris van Economische Zaken voor het overbrengen van orka Morgan naar Tenerife, is rechtmatig. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (23 april 2014). De staatssecretaris gaf het Dolfinarium in Harderwijk in november 2011 toestemming om de orka naar Loro Parque op Tenerife over te brengen. Stichting Dolphinmotion en Stichting Sea First zijn er niet van overtuigd dat dit de beste keuze was. Zij vinden dat Morgan moet terugkeren in de vrije natuur.

Morgan
Orka Morgan werd in juni 2010 ernstig verzwakt aangetroffen in de Waddenzee. Nadat pogingen om haar naar zee te geleiden mislukten, is zij naar het Dolfinarium in Harderwijk gebracht om te herstellen. Eind november 2011 is orka Morgan overgebracht naar het Loro Parque op Tenerife, omdat het bassin in het Dolfinarium te klein was.

Bevredigende oplossing
De Raad van State is van oordeel dat orka Morgan mocht worden overgebracht naar Tenerife, omdat in dit geval 'niet kan worden gezegd dat een voldoende realistisch, bevredigend alternatief bestaat'. De terugkeer in zee via het Morgan Release Plan die beide stichtingen willen, is geen 'andere bevredigende oplossing'. Daarbij is in aanmerking genomen dat de familiegroep van Morgan niet is getraceerd en dat ze behoort tot een orkasoort met een strikt sociale structuur. Ook is Morgan jong en is niet zeker dat zij in haar eigen voedselbehoefte zal kunnen voorzien.

Loro Parque
Verder mocht de staatssecretaris toestaan dat orka Morgan werd overgebracht naar Loro Parque op Tenerife. Dit park heeft ruime ervaring met het houden van orka's en doet aan onderzoek en onderwijs. Dat het park ook commerciële activiteiten ontplooit, maakt het park niet ongeschikt voor Morgan. Voor zover de stichtingen van mening zijn dat Morgan niet goed wordt behandeld in Loro Parque, is de Raad van State van oordeel dat de huidige gezondheid van Morgan niet ter beoordeling staat in deze juridische procedure. Centraal staat de vraag of de staatssecretaris op basis van de feiten en omstandigheden zoals deze waren in november 2011, toestemming mocht geven voor het overbrengen van Morgan naar Tenerife.

Proceskostenvergoeding
Met de uitspraak van vandaag bevestigt de Raad van State in hoger beroep nagenoeg de gehele uitspraak van de rechtbank Amsterdam van december 2012. De Raad van State heeft de uitspraak van de rechtbank slechts op een formeel punt vernietigd, omdat de rechtbank niet was ingegaan op een verzoek van de stichtingen om een vergoeding van proceskosten in de bezwaarfase.'



22 april 2014
Geen Harleydag vanwege vrees voor ongeregeldheden

'De burgemeester van Valkenswaard mocht de vergunning voor de Harleydag in zijn gemeente intrekken vanwege het vermoeden voor ongeregeldheden. Er bestond terecht de vrees dat rivaliserende motorclubs het evenement op 26 april zouden kunnen gebruiken om de confrontatie te zoeken. Dat blijkt uit de schriftelijke uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Oost-Brabant.

De burgemeester trok een eerder verstrekte vergunning voor het evenement eind maart weer in. Hij nam dit besluit op advies van de regionale politie. Volgens de politie is er een hoog risico op ordeverstoringen tijdens de Harleydag, waar zo’n 12.000 bezoekers werden verwacht. Dit oordeel is onder meer gebaseerd op het gegeven dat de Hell’s Angels in grote getalen aanwezig waren tijdens voorgaande edities van de Harleydag in Valkenswaard en dit evenement gebruikten als podium om zich te profileren. Ook zijn er volgens het rapport van de politie ontwikkelingen en geweldsincidenten geweest rond de vestiging van de Bandidos in Nederland, waarbij de Hell’s Angels betrokken waren.

Daarbij speelt ook mee dat beide motorclubs vaker de confrontatie met elkaar hebben gezocht op openbaar terrein. Ook de Harleydag in Valkenswaard is voor iedereen toegankelijk. Bovendien zijn de motorclubs bekend in de regio en met de Harleydag in Valkenswaard. Volgens de voorzieningenrechter mocht de burgemeester op basis van deze gegevens oordelen dat de openbare orde en veiligheid niet kan worden gegarandeerd tijdens de Harleydag. Dat betekent dat de burgemeester de vergunning terecht heeft ingetrokken.'



22 april 2014
Gevangenisstraf voor kopen zonder betalen

'De rechtbank heeft vandaag een 20-jarige man uit Haalderen veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden. De rechtbank vindt bewezen dat de man stelselmatig goederen kocht maar ze vervolgens niet betaalde.

12 slachtoffers
In elk geval 12 ondernemers in de landbouwsector werden naar aanleiding van een advertentie op Marktplaats benaderd door ene ‘Peter Jansen’ die voor grote bedragen diverse goederen kocht. De goederen, waaronder kuilgras en hooi, werden opgehaald maar niet betaald. Het bedrijf van ‘Jansen’ bleek op naam te staan van een Poolse man die uit Nederland was vertrokken, het factuuradres bleek te zijn een kamer van 2 bij 2 meter. ‘Jansen’ bleek slechts een naam te zijn.

De rechtbank vindt bewezen dat de 20-jarige man uit Haalderen zich voordeed als de ‘Jansen’. De verklaring van de man uit Haalderen dat hij zelf ook het slachtoffer was van ‘Jansen’ en zelf opgelicht was, vindt de rechtbank niet geloofwaardig.

Overwegingen
De rechtbank overweegt dat het handelen van de man alleen maar gericht was op persoonlijk gewin. De man heeft misbruik gemaakt van het vertrouwen van de ondernemers en heeft ze hierdoor voor forse bedragen gedupeerd. De man ging bijna op beroepsmatige wijze te werk.

De advocaat van de man verzocht om rekening te houden met de media aandacht die de zaak gekregen had, hij had er al veel nadeel van ondervonden. De rechtbank overweegt dat het niet opmerkelijk is dat er mediabelangstelling is voor een dergelijke zaak.'



22 april 2014
Hoge Raad vernietigt veroordeling voor doodslag

'De Hoge Raad oordeelt vandaag dat een strafzaak die tot een veroordeling voor doodslag heeft geleid, moet worden overgedaan. In deze zaak vorderde het Openbaar Ministerie (OM) bij het hof vrijspraak. Net als de verdediging twijfelde het OM aan de betrouwbaarheid van de bekennende, later ingetrokken verklaringen die de verdachte aflegde. Het hof heeft in zijn uitspraak onvoldoende gemotiveerd waarom het van dit onderbouwde standpunt afweek, aldus de Hoge Raad.

De verdachte werd in februari vorig jaar veroordeeld tot acht jaar gevangenisstraf wegens doodslag in 2010 (ECLI:NL:GHSHE:2013:BZ1434). Zij had bekend het slachtoffer in Vlissingen in het huis waar ze met haar partner woonde met een usb-kabel te hebben gewurgd. Later trok zij haar bekentenissen in. De rechtbank sprak haar vrij wegens twijfel aan het waarheidsgehalte van de bekentenissen van de verdachte (ECLI:NL:RBMID:2011:BU3372). Het Openbaar Ministerie (OM) ging in hoger beroep tegen deze vrijspraak en vroeg het hof met instemming van de verdediging om een onderzoek naar de bekennende verklaringen van de verdachte. Dat verzoek wees het hof af. Daarop vorderde het OM vrijspraak. De verdediging voerde een onderbouwd alternatief scenario aan.

De Hoge Raad oordeelt dat het hof beter had moeten motiveren waarom het van het standpunt van de verdediging afweek, te meer omdat het hof zelf in zijn uitspraak het door de verdachte gegeven motief ongeloofwaardig acht.

De Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof in Den Bosch en verwijst de zaak voor een nieuwe berechting naar het hof in Den Haag.'



22 april 2014
Veroordeling voor versturen van antisemitische mails definitief

'De Hoge Raad laat de veroordeling wegens het op grote schaal versturen van antisemitische e-mails in stand.

Het hof veroordeelde de verdachte onder meer tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken met een proeftijd van twee jaar en een werkstraf van 100 uur voor het in 2011 versturen van antisemitische e-mails aan het CIDI, ministers, Kamerleden, lokale politici en redacties van kranten en omroepen (ECLI:NL:GHAMS:2012:BY1475). Het hof stelde vast dat het hier voor Joden beledigende uitlatingen betrof. Deze uitlatingen droegen niet bij aan een maatschappelijk debat, een geloofsopvatting of een artistieke expressie. En doordat de verdachte zijn berichten stuurde naar publieke figuren concludeerde het hof dat het zijn opzet was dat de inhoud van de berichten bij het publiek bekend zou worden.

Over die laatste grond voor veroordeling klaagt de verdachte in cassatie.

De Hoge Raad stelt vast dat het hof op juiste gronden tot deze veroordeling is gekomen. Het hof kon ervan uitgaan dat het de bedoeling van de verdachte was dat de berichten buiten de groep geadresseerden bekend zouden worden, nu deze berichten ongevraagd waren toegestuurd aan een groot aantal personen uit de politiek en de media, ze geen vertrouwelijk karakter hadden en ze gelet op de publieke functies van geadresseerden ook makkelijk buiten die kring bekend hadden kunnen worden.'



18 april 2014
Kinderpardonregeling niet voor kinderen zonder asielaanvraag

'Kinderen zonder asielaanvraag kunnen geen beroep doen op de zogenoemde kinderpardonregeling. Dat heeft de rechtbank Den Haag vandaag bepaald in vier zaken over de toepassing van het kinderpardon op niet-asielkinderen. De rechtbank oordeelt dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) onderscheid mag maken tussen asielkinderen en kinderen die geen asielprocedure hebben doorlopen, omdat de Staat op grond van het nationale en het internationale recht bijzondere verplichtingen heeft richting asielzoekers, die niet gelden voor andere vreemdelingen.

De rechtbank vind het onderscheid ook niet in strijd met het Kinderrechtenverdag en het Europees verdrag voor de bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. Deze verdragen verbieden het maken van het onderscheid niet, zo oordeelt de rechtbank. Ook mag de IND vasthouden aan de eis dat het kind na de asielaanvraag en voor het bereiken van de leeftijd van 18 jaar 5 jaar in Nederland heeft verbleven.'



18 april 2014
Twintig maanden cel voor fraude met persoonsgebonden budgetten

'Een 47-jarige vrouw uit Almere is vrijdag door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld tot 20 maanden gevangenisstraf, waarvan 6 voorwaardelijk, voor jarenlange fraude met persoonsgebonden budgetten.

PGB
Een persoonsgebonden budget (PGB) wordt rechtstreeks overgemaakt aan de zogenaamde budgethouder, die het budget kan besteden aan diverse vormen van zorg die nodig zijn voor de persoon in kwestie. Geld dat niet aan zorg besteed wordt, of niet correct wordt besteed, moet terug betaald worden.

Fraude
De rechtbank achtte bewezen dat de vrouw de fraude pleegde door geld dat was 'overgebleven' naar haar privérekening te laten overmaken door diverse budgethouders. Zij stortte vervolgens een deel van het geld terug naar de budgethouders of betaalde ze contant. Om deze constructie te verhullen, maakte ze valse facturen op voor zorg die helemaal niet verleend werd. Formulieren waarmee het PGB-geld moest worden verantwoord, werden vervolgens in ‘nauwe en bewuste samenwerking’ met de budgethouders vervalst.

De rechtbank achtte de vrouw daarnaast schuldig aan het doen van onjuiste belastingaangifte, uitkeringsfraude en witwassen van het gefraudeerde geld, een bedrag van bijna 674.000 euro. Een aanzienlijk deel van het geld werd besteed aan gokken.

De rechtbank oordeelde dat verdachte misbruik heeft gemaakt van de sociale voorzieningen en dat mede door haar handelen het PGB in een slecht daglicht is komen te staan. De rechtbank nam het de verdachte ook kwalijk dat zij de verantwoordelijkheid afschuift op anderen. De rechtbank vond alles afwegende een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk de meest passende straf. De rechtbank legde een proeftijd van 3 jaar op, als stok achter de deur voor de vrouw. De rechtbank vond het opleggen van een door de officier van justitie geëist beroepsverbod in de AWBZ-sector niet nodig.

Medeverdachten
Een 35-jarige man die bij de hoofdverdachte inwoonde, werd door de rechtbank veroordeeld voor schuldheling. Hij maakte gebruik van geld en goederen die vrouw er als gevolg van de PGB-fraude op nahield en profiteerde daarmee van de fraude. Hij kreeg een taakstraf van 200 uur opgelegd. Een 47-jarige man uit Holten, die korte tijd als financieel adviseur werkzaamheden verrichtte voor de hoofdverdachte, werd door de rechtbank vrijgesproken. Hij werd verdacht van het vervalsen van drie verantwoordingsformulieren, maar volgens de rechtbank kon niet worden bewezen dat hij op de hoogte was van de valsheid van de formulieren.'



18 april 2014
Vijftien jaar cel voor moord op echtgenoot Venlo

'De rechtbank Limburg, locatie Roermond, heeft de 45-jarige Thaise Th. V. vandaag veroordeeld tot vijftien jaar gevangenisstraf voor de moord op haar echtgenoot in Venlo.

Zij heeft haar man in september 2012 opzettelijk van het leven beroofd door meerdere malen met een bijl in te slaan op/tegen zijn hoofd, hals en lichaam. Volgens de rechtbank was er sprake van voorbedachte raad, omdat de vrouw heeft verklaard dat bij haar op 10 september 2012 het idee bestond dat haar man dood moest. Eerder, op 5 september 2012, had zij al een bijl gekocht en verstopt in de woning.

Uit de verklaringen van de zonen van de man is gebleken dat de vrouw het voornemen om hem te doden kennelijk al eerder jegens haar echtgenoot had geuit en dat hij daarom reeds verschillende maatregelen had getroffen, zoals het in huis voor haar verstoppen van alle messen. De vrouw wilde haar echtgenoot dood, heeft daarvoor een bijl aangeschaft en verstopt en heeft vervolgens ook daadwerkelijk haar doel verwezenlijkt.

Bij het bepalen van de straf hield de rechtbank er onder meer rekening mee dat de vrouw haar echtgenoot op gruwelijke wijze om het leven heeft gebracht. Zij heeft haar man zijn leven ontnomen, waardoor zij de nabestaanden onherstelbaar groot leed heeft berokkend. Voor de rechtbank weegt ook mee dat de vrouw hierbij niet alleen volgens een voorgenomen plan te werk is gegaan, maar haar voornemen kennelijk ook al eerder jegens haar echtgenoot kenbaar heeft gemaakt. Uit het dossier is gebleken dat haar echtgenoot al maanden in angst leefde en dat hij zich niet veilig voelde in zijn eigen huis.

Door haar daad pas anderhalve dag later bij de politie te melden, heeft de vrouw bovendien blijk gegeven van een ernstig gebrek aan respect voor het slachtoffer en de nabestaanden. Voorts heeft zij onduidelijkheid laten bestaan over het motief voor de moord en heeft zij geen volledige openheid van zaken gegeven tijdens het onderzoek en de behandeling ter terechtzitting.

De rechtbank heeft de vrouw, gelet op de inhoud van de rapportages van een psycholoog, psychiater en het Pieter Baan Centrum over haar geestvermogens, het feit volledig toegerekend, nu er door haar gebrekkige medewerking dan wel volledige weigering mee te werken aan de persoonlijkheidsonderzoeken geen omstandigheden kunnen worden vastgesteld die op dit punt tot een andere conclusie leiden.

De rechtbank heeft de vrouw - overeenkomstig de eis van de officier van justitie- veroordeeld tot vijftien jaar gevangenisstraf. De vrouw is daarnaast veroordeeld tot het betalen van de gevraagde schadevergoedingen aan de zonen van de man.'



18 april 2014
Vereniging Martijn verboden en ontbonden

'De Hoge Raad heeft vandaag beslist dat de vereniging Martijn wordt verboden en ontbonden omdat haar activiteiten in strijd zijn met de openbare orde.

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft bij de rechtbank een verzoek ingediend om de vereniging Martijn te verbieden en te ontbinden. De rechtbank heeft dat verzoek toegewezen. Het hof heeft de vordering echter afgewezen. De reden daarvoor was dat de samenleving volgens het hof in staat is zich teweer te stellen tegen ongewenste uitingen en gedragingen die weliswaar verwerpelijk, maar niet strafbaar zijn. De samenleving dient ook opvattingen voor lief te nemen die in brede kring worden verafschuwd, aldus het hof.

De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de vereniging de gevaren van seksueel contact met jonge kinderen bagatelliseert, dergelijke contacten zelfs verheerlijkt en haar opvattingen ook propageert. Seksueel contact van volwassenen met jonge kinderen is naar de in Nederland levende maatschappelijke opvattingen echter een daadwerkelijke en ernstige aantasting van de lichamelijke en seksuele integriteit van het kind, dat daardoor grote en blijvende psychische schade kan oplopen. Juist kinderen behoeven bescherming tegenover volwassenen die zulke handelingen verrichten, omdat zij in het algemeen door hun jeugdige leeftijd en de daarmee samenhangende kwetsbaarheid in een afhankelijke positie verkeren. Hoewel in het algemeen grote terughoudendheid moet worden betracht bij het verbieden en ontbinden van een vereniging, is het in dit zeer bijzondere geval in een democratische samenleving noodzakelijk dat de vereniging wordt verboden en ontbonden in het belang van de bescherming van de gezondheid en van de rechten en vrijheden van kinderen.'



17 april 2014
Celstraffen en tbs voor ‘kofferbakmoord’ Waalre

'De rechtbank Oost-Brabant heeft vandaag een 31-jarige Eindhovenaar veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien jaar voor het medeplegen van moord en het wegmaken van het lijk. Een 31-jarige man uit Valkenswaard kreeg tien jaar celstraf plus tbs.

De man uit Eindhoven lokte het slachtoffer op 30 april 2013 mee naar de woning van de andere verdachte in Valkenswaard. Die zou zogenaamd geld uit zijn slaapkamer gaan halen, maar kwam terug met een ijzeren staaf waarmee hij direct begon in te slaan op het hoofd van het slachtoffer. De mannen hebben vervolgens vuilniszakken om het hoofd van het slachtoffer gedaan. Nadat het slachtoffer geluid maakte, hebben ze hem nog een aantal keer geslagen en gestoken. Uiteindelijk stopten ze het slachtoffer in een slaapzak in de achterbak van zijn auto. De auto werd geparkeerd bij een zwembad in Valkenswaard en twee dagen later verplaatst naar een bospad in Waalre waar de auto in brand werd gestoken.

Volgens de rechtbank hebben de twee verdachten met voorbedachte raad gehandeld. Ze bespraken tevoren hoe alles moest gaan verlopen en troffen voorbereidingen. Beide verdachten hebben de gelegenheid gehad zich te beraden, maar hebben desondanks hun plan uitgevoerd.

Koelbloedige liquidatie
De rechtbank oordeelt dat deze moord het karakter draagt van een koelbloedige liquidatie. Voor de nabestaanden betekent de dood van het slachtoffer een pijnlijk en onomkeerbaar verlies van een dierbare. Met name de wijze waarop het slachtoffer om het leven is gebracht en de mensonwaardige manier waarop met zijn stoffelijk overschot is omgegaan, is schrijnend.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de man uit Valkenswaard, die in het Pieter Baan Centrum werd onderzocht, een ziekelijke stoornis heeft die zijn gedragskeuzes en gedragingen heeft beïnvloed. De rechtbank oordeelt daarom dat voor de veiligheid van anderen het opleggen van de maatregel van tbs met dwangverpleging nodig is. De mannen moeten de nabestaanden schadevergoedingen betalen van in totaal 5.156 euro.'



11 april 2014
Hoge gevangenisstraf voor het doden en verwonden van rippers van cocaïne

'Het Gerechtshof Den Haag heeft op 11 april 2014 in hoger beroep de verdachte N. schuldig bevonden aan twee maal doodslag, twee maal poging doodslag, afpersing en vervoer van cocaïne. De verdachte W. is schuldig bevonden aan afpersing en vervoer van cocaïne. Aan de verdachte N. is 21 jaren gevangenisstraf opgelegd, aan de verdachte W. 4 jaren en 9 maanden.

De verdachte N. is, samen met de verdachte W., in de nacht van 2 april 2011 in Alpen aan den Rijn ‘geript’ van 3 kg cocaïne. Toen de rippers daarmee in een auto wegreden, heeft de verdachte N. op hen geschoten met twee doden en twee gewonden als gevolg. Vervolgens is hij samen met de verdachte W. in een auto, met hoge snelheid en onder het lossen van een schot, achter de rippers aangegaan om de partij cocaïne weer te pakken te krijgen.

Als het gaat om de vraag aan wie de cocaïne ‘toebehoorde’ nadat deze was geript, vindt het hof dat cocaïne een illegaal goed is van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit ervan in strijd is met de wet of met het algemeen belang en dat het enkele aanwezig hebben van cocaïne reeds strafbaar is. Daarom is cocaïne geen rechtsgoed in de zin dat het bezit of de eigendom daarvan door de rechtsorde wordt beschermd. De in het strafrecht ontwikkelde gewone regels over aan wie een (legaal) goed toebehoort, zijn daarom niet van toepassing op (een partij) cocaïne. Vanaf het moment dat de rippers met de cocaïne wegreden, was de partij van hen. De afpersing, die daarna door de verdachten N. en W. plaatsvond, is dan ook strafbaar.

Ook voor een beroep op noodweer(exces) is vereist dat het gaat om een rechtsgoed. Nu een partij cocaïne dat niet is, komt aan de verdachten een beroep op noodweer niet toe. Daarbij is het een feit van algemene bekendheid dat in (de illegale wereld van) de drugshandel van (grote) partijen cocaïne verkopers hiervan regelmatig worden bestolen, ‘geript’. Nu de verdachten zich in weerwil daarvan in de drugshandel (van deze omvang) hebben begeven, komt hen ook om die reden een beroep op noodweer, ter zake van de geripte partij cocaïne, niet toe.

De rechtbank had in eerste aanleg aan verdachte N. 21 jaren gevangenisstraf opgelegd en aan verdachte W. 5 jaren.'



10 april 2014
Ook in hoger beroep 24 jaar gevangenisstraf voor moord en pogingen tot moord in Kootstertille en Harkema

'Paroxetinegebruik speelt geen rol
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft vandaag uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de man die werd verdacht van het doodschieten van een vrouw in Kootstertille en het neerschieten van twee andere personen in Harkema in februari 2008.

Op 2 februari 2008 is verdachte naar de woning waar zijn ex-vrouw verbleef in Harkema gegaan. Hij is de woning binnengedrongen en heeft meerdere malen geschoten op zijn ex-vrouw en haar nieuwe vriend. De man raakte ernstig gewond door een schot in zijn hoofd. Daarna is verdachte naar de woning van een vriendin van zijn ex gegaan in Kootstertille. Ook daar is de verdachte de woning binnengedrongen. Hij heeft daar meerdere malen op de vrouw geschoten die op dat moment in de dakgoot stond. Zij kwam hierbij om het leven.

De procedure bij de rechtbank
De rechtbank te Leeuwarden heeft verdachte op 4 juni 2009 voor moord en twee pogingen tot moord veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vierentwintig jaar. De verdachte en de officier van justitie hebben hoger beroep ingesteld.

De procedure bij het hof
De zaak is door het hof een groot aantal keren op zitting behandeld in verband met verzoeken van de verdediging om nader onderzoek. Er is onderzoek uitgevoerd naar de werking van paroxetine bij verdachte en de invloed die dit gebruik zou hebben gehad bij de gepleegde feiten. Dat onderzoek heeft veel tijd in beslag genomen. Op 6 februari 2014 is een aantal deskundigen die de onderzoeken hadden uitgevoerd door het hof op zitting gehoord en op 27 april 2014 is de zaak verder door het hof behandeld.

De beslissing
Het hof verwerpt het beroep van de verdediging op niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministeriein de vervolging omdat er geen sprake is van onherstelbare vormverzuimen. Het paroxetinegebruik van verdachte leidt niet tot vrijspraak van opzet en voorbedachte raad. Ook het beroep op ontslag van rechtsvervolging, omdat de verdachte niet strafbaar zou zijn wegens het gebruik van paroxetine, wordt verworpen. Bij de strafoplegging vormt dit aspect naar het oordeel van het hof volgens het recht geen relevante factor. Het hof acht (opnieuw) moord en tweemaal poging tot moord bewezen en veroordeelt verdachte net als de rechtbank tot 24 jaar gevangenisstraf.'



10 april 2014
De AOW-leeftijd mag omhoog

'De Nederlandse overheid mocht de AOW-leeftijd verhogen: de stapsgewijze verhoging, die op 1 januari 2013 in werking trad, is niet in strijd met internationaal recht. Dat heeft de rechtbank Amsterdam bepaald in een zaak die een pensioengerechtigde man had aangespannen.

De man was het er mee oneens dat hij pas in maart 2013, een maand na zijn 65e verjaardag, een uitkering op basis van de Algemene Ouderdomswet (AOW) kreeg. Hij meende dat de overheid door de verhoging van de AOW-gerechtige leeftijd inbreuk maakte op zijn eigendomsrecht en dat hij daardoor financieel nadeel heeft geleden.

Geen eigendomsrecht
De rechtbank oordeelt anders. Hoewel de AOW- en pensioengerechtigde leeftijd geruime tijd 65 jaar was, rechtvaardigt dat niet de verwachting dat deze leeftijd altijd gehandhaafd blijft: de wetgever heeft de bevoegdheid om wetten te veranderen. Daarnaast stelt de rechtbank vast dat de man voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Wet verhoging AOW- en pensioenleeftijd per 1 januari 2013 geen bestaand recht had op een pensioen op grond van de AOW: er is daarom ook geen sprake geweest van ontneming van een bestaand eigendomsrecht.

Betaalbaarheid pensioenstelstel
Bovendien blijkt uit de Memorie van Toelichting van de Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd dat een stapsgewijze verhoging van de pensioenleeftijd noodzakelijk was om het pensioenstelsel op langere termijn betaalbaar te houden. De betaalbaarheid van dit stelsel komt namelijk steeds verder onder druk te staan door maatschappelijke ontwikkelingen, waaronder het gegeven dat de beroepsbevolking vanaf 2010 kleiner wordt, terwijl het aantal 65-plussers naar verhouding snel toeneemt.

Beperkt nadeel
Nederland is er (ook) internationaal op aangesproken om het pensioenstelsel aan te passen door de pensioengerechtigde leeftijd te verhogen. Naar het oordeel van de rechtbank is hierin een legitieme doelstelling in het algemeen belang van de samenleving gelegen om tot een verhoging van de pensioenleeftijd te komen. Tot slot oordeelt de rechtbank dat het nadeel beperkt van omvang is (een verschuiving van de ingangsdatum met één maand) en dat de man, doordat zijn bijstandsuitkering is doorgelopen tot aan zijn AOW-leeftijd, feitelijk compensatie heeft ontvangen. Er kan daardoor niet gesproken worden van “an individual and excessive burden”.'



10 april 2014
Boetes ongevraagd plaatsen software

'Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) heeft op 10 april 2014 uitspraak gedaan in het hoger beroep over boetes voor het ongevraagd plaatsen van (reclame)software.

De wet verlangt uitdrukkelijke toestemming van de eindgebruiker voor het plaatsen van bestanden op een computer. Het ging hier om een zogenoemde worm die zich verspreidde via MSN Messenger. ACM legde daarvoor boetes op aan een student die de worm had gemaakt en verspreid en een zakenman met wie de student samenwerkte.

Het CBb laat de boete voor de student grotendeels in stand. De zakenman zorgde voor de financiering en leende zijn naam voor de huur van servers en de inning van de inkomsten. De rechtbank had de boete voor de zakenman al geschrapt. Het CBb bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De overtreding vond vóór 1 juli 2009 plaats en pas na die datum geeft de Algemene wet bestuursrecht de mogelijkheid om een boete aan een medepleger op te leggen. De zakenman kan evenmin als functioneel dader worden aangemerkt, omdat niet is voldaan aan de voorwaarden hiervoor.

Deze uitspraken zijn definitief, het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) is de eindrechter in deze zaak.'



10 april 2014
Voorarrest Bandidos-leden met 30 dagen verlengd

'De rechtbank Limburg heeft vandaag het bevel tot gevangenhouding van de vier bij de motorclub Bandidos betrokken personen toegewezen voor een periode van 30 dagen. Zij blijven dus alle vier 30 dagen langer vast zitten. Het OM wilde dat het voorarrest met 30 dagen werd verlengd.

Volgens de rechtbank zijn er serieuze aanwijzingen (‘ernstige bezwaren’) dat zij verboden wapens en munitie voorhanden hebben gehad. In de directe nabijheid van de woning, die kennelijk ook wordt gebruikt als clubhonk van de motorclub Bandidos, zijn verschillende vuurwapens en munitie aangetroffen.

Dat in de directe nabijheid van het clubhonk vuurwapens en munitie worden aangetroffen, ligt niet in de lijn der verwachtingen, nu het hier om een motorclub gaat. Verdachten hebben hierover desgevraagd door de politie geen verklaring willen afleggen.

Door de officier van justitie is aangevoerd dat de leden van deze motorclub zich bij invrijheidstelling zullen gaan herbewapenen. Gelet op de aangetroffen hoeveelheid verboden wapens en munitie en het uitblijven van verklaringen voor de aanwezigheid daarvan is volgens de rechtbank die vrees een reële mogelijkheid.'



9 april 2014
Man veroordeeld tot 6 jaar cel voor mensenhandel

'Op 9 april heeft de rechtbank Rotterdam, locatie Dordrecht, een 57 jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 jaar voor mensenhandel en uitbuiting. De rechtbank acht bewezen dat de man zijn dochter, pleeg- en stiefdochter heeft aangezet tot het hebben van seks tegen betaling en dat hij daar zelf financieel voordeel van gehad heeft.

De meisjes zijn alle drie vanaf hun tienerjaren in een sociaal isolement gebracht. Ze werden van school gehouden en zijn direct na hun 18de verjaardag in de prostitutie gaan werken. De meisjes werden verplicht om hun verdiensten van dit werk af te dragen aan de verdachte en zijn vrouw.

De rechtbank rekent dit de verdachte zeer zwaar aan. De rechtbank acht vooral de manier waarop misbruik is gemaakt van de kwetsbaarheid van de jonge meisjes schokkend. Mensenhandel is een vergaande en ontluisterende manier van uitbuiting. Het lichamelijk en geestelijk welzijn van de meisjes is totaal ondergeschikt gemaakt aan het persoonlijke belang, in dit geval geldelijk gewin, van de verdachten.

De rechtbank acht niet bewezen dat de man zijn dochters zelf seksueel heeft misbruikt. Hier wordt hij dan ook van vrijgesproken. Een veroordeling voor dit feit kan volgens de rechtbank niet gebaseerd zijn op de drie aangiftes alleen, maar moet ondersteund worden door ander bewijsmateriaal. Anders dan de officier is de rechtbank van mening dat in deze zaak de aangifte in de ene zaak niet kan gelden als ondersteunend bewijs voor de aangifte in de andere zaken. Hiermee wil de rechtbank echter niet zeggen niet te geloven wat de aangeefsters hebben verklaard.

Naast de gevangenisstraf wijst de rechtbank een bedrag van € 5.000 euro schadevergoeding toe voor geleden immateriële schade in iedere zaak. De aangeefsters hadden een hoger bedrag geëist. De aangeefsters kunnen bij de civiele rechter een procedure starten om te laten bepalen welk deel van het resterende bedrag in aanmerking komt voor een toewijzing.'



9 april 2014
Vijf jaar gevangenisstraf voor gewelddadige woningoverval Nunspeet

'De rechtbank heeft drie verdachten veroordeeld voor een zeer brute en gewelddadige overval op een echtpaar in een woning in Nunspeet. Dit echtpaar werd in de nachtelijke uren geconfronteerd met drie overvallers die hen fors hebben mishandeld en hebben vastgebonden met tape.

Vijf jaar gevangenisstraf
De rechtbank gaat niet mee in de eis van de officier van justitiegelet op opgelegde straffen in vergelijkbare gevallen. De rechtbank heeft iedere verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van vijf jaar.

Overval Doetichem
Twee van de drie verdachten zijn daarnaast vandaag ook veroordeeld voor een gewelddadige overval in Doetinchem. De rechtbank heeft beide verdachten voor dit feit veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van drie jaar.'



8 april 2014
Elf mannen veroordeeld voor diefstal 4572 laptops

'De rechtbank Gelderland heeft vandaag elf mannen in de leeftijden variërend van 22 tot 67 jaar veroordeeld voor betrokkenheid bij het weghalen van 84 pallets met laptops. De laptops werden weggehaald bij het bedrijf Kuehne en Nagel in Tiel op 12 november 2012. De waarde van de laptops bedroeg ruim twee miljoen euro.

Cruciale rol
Aan een 28-jarige werknemer van Kuehne en Nagel heeft de rechtbank een gevangenisstraf opgelegd van 16 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk. Dat is aanzienlijk hoger dan de werkstraf geëist door de officier van justitie. De rechtbank heeft zwaar laten meewegen dat verdachte de cruciale schakel is geweest in het gepleegde strafbare feit. Hij gaf de ladingcodes door waarmee twee mannen zich konden voordoen als chauffeurs die twee ladingen mochten ophalen.

De laptops werden daarna naar verschillende loodsen gebracht om te worden overgeladen. Het merendeel van de laptops is nooit meer teruggevonden. Zonder de door de werknemer verstrekte informatie zou de oplichting niet mogelijk zijn geweest. Zijn handelen maakt dat op de werkvloer niet meer als vanzelfsprekend op de integriteit van collega’s kan worden vertrouwd, aldus de rechtbank.

Uitvoer heroïne
De hoogste straf (52 maanden gevangenisstraf) werd opgelegd aan een 42-jarige verdachte die naast de (organisatie van de) oplichting ook werd veroordeeld voor de uitvoer van ruim 13 kilo heroïne. Bij de strafmaat werd rekening gehouden met zijn houding tijdens het opsporingsonderzoek. De man werkte mee tijdens het onderzoek, wat ertoe heeft geleid dat het opsporingsonderzoek in een versnelling is geraakt en ook andere verdachten in beeld raakten.

Ook drie andere verdachten zijn veroordeeld voor (de organisatie van) de oplichting en daarnaast voor de uitvoer van heroïne danwel het aanwezig hebben van drugs. Aan hen werden gevangenisstraffen van 24, 30 en 40 maanden opgelegd.

Witwassen
Een aantal mannen (van 22, 26 en 29) heeft alleen geholpen bij het overladen van de laptops. Daarmee hebben zij de herkomst van de laptops verborgen en daarom zijn zij veroordeeld voor het witwassen van de laptops. Zij hebben gevangenisstraffen gekregen die, voor wat betreft het onvoorwaardelijke gedeelte gelijk zijn aan hun voorarrest (enkele weken). Twee van hen hebben daarnaast een werkstraf gekregen.

Aan de chauffeurs van de vrachtwagens (67 en 44 jaar oud) werden gevangenisstraffen opgelegd van respectievelijk 42 en 12 maanden. De 67-jarige man is ook veroordeeld voor de uitvoer van de heroïne. Een 43- jarige man werd veroordeeld voor betrokkenheid bij uitvoer van ruim 13 kilo heroïne. Hem werd 40 maanden gevangenisstraf opgelegd.

Vrijspraak
Drie mannen werden vrijgesproken omdat hun betrokkenheid bij het overladen van de laptops niet kon worden bewezen.'



8 april 2014
Acht maanden cel voor houden hennepkwekerij en witwassen

'De rechtbank Gelderland heeft vandaag een 62-jarige man uit Zuilichem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 maanden, waarvan 4 maanden voorwaardelijk, voor het houden van een hennepkwekerij in zijn kas in Zuilichem en het witwassen van geld en een auto.

De man is ook veroordeeld tot het terugbetalen aan de Staat van een bedrag van € 83.000 euro winst uit deze strafbare feiten. Volgens de rechtbank kan niet bewezen worden dat de 43-jarige ex-vrouw van de man heeft meegeholpen in de hennepkwekerij. Zij is daarom vrijgesproken van het medeplegen van de feiten.'



8 april 2014
Scheepswerf Peters Kampen failliet

'Scheepswerf Peters B.V. uit Kampen is failliet. De rechtbank Overijssel sprak dinsdag 8 april het faillissement uit.

Als curator heeft de rechtbank de heer mr. P.A.M. Manning van het kantoor Benthem Gratama Advocaten uit Zwolle aangesteld. De rechter-commissaris in dit faillissement is mevrouw mr. J.M. Marsman.'



4 april 2014
Tweeënhalf jaar cel voor plegen van ontuchtige handelen met (ex)schoonzus

'De rechtbank heeft vandaag een 60-jarige man uit Apeldoorn veroordeeld tot een gevangenisstraf van tweeënhalf jaar voor het plegen van een zedendelict tegen zijn (ex-)schoonzus.

Traumatische ervaring
De man heeft zijn (ex-)schoonzus gedwongen tot het ondergaan van ontuchtige handelingen, waarbij hij gebruik heeft gemaakt van geweld. Door zo te handelen heeft verdachte de lichamelijke integriteit en het vertrouwen van zijn schoonzus ernstig geschonden en haar een traumatische ervaring bezorgd. De rechtbank vindt dat de verklaringen van het slachtoffer betrouwbaar zijn en gesteund worden door ander bewijs.

De rechtbank wijkt af van de eis omdat de rechtbank andere feiten bewezen vindt dan de officier van justitie.'



4 april 2014
Nadere richtlijnen voor toetsing hoogte bouwleges

'De Hoge Raad geeft nadere richtlijnen voor de toetsing van de hoogte van bouwleges.

In de Gemeentewet is bepaald dat gemeenten leges mogen heffen voor het behandelen van bouwvergunningen. Meestal is dat een percentage van de bouwkosten. Er geldt wel een maximum. Volgens artikel 229b van de Gemeentewet mogen de geraamde totale opbrengsten van leges voor een gemeente niet hoger zijn dan hun totale geraamde kosten, de zogenoemde opbrengstenlimiet. Bij overschrijding worden de leges geheel of gedeeltelijk vernietigd.

Als een belanghebbende stelt dat de opbrengstenlimiet is overschreden, moet de gemeente een overzicht geven van hun raming. Als belanghebbende daarvan posten in twijfel trekt, moet de heffingsambtenaar van de gemeente die twijfel naar vermogen wegnemen, zo besliste de Hoge Raad in 2009 (ECLI:NL:HR:2009:BI1968)

Enkele hoven beslisten in zulke gevallen dat gemeenten op controleerbare wijze al hun begrotingsposten moeten toelichten. Zo niet, dan werden de legesaanslagen vernietigd.

Dat gaat de Hoge Raad te ver. De Hoge Raad heeft beslist dat de gemeente pas nadere inlichtingen over de opbrengsten en de kosten hoeft te geven als de belanghebbende met argumenten heeft gesteld waarom hij twijfelt aan bepaalde posten in de gemeentebegroting. Van de heffingsambtenaar wordt dan nadere uitleg verlangd. Daarbij zijn de bedragen volgens de gemeentebegroting in beginsel maatgevend, tenzij de gemeente die niet in redelijkheid heeft kunnen ramen.

Vandaag heeft de Hoge Raad in een tweetal uitspraken geoordeeld dat de hoven op de gemeente een te zware bewijslast hebben gelegd. Die uitspraken zijn daarom vernietigd. Een ander hof moet de zaken opnieuw behandelen.'



4 april 2014
Nederland hoeft asielzoekers niet van ICC over te nemen

'De Hoge Raad heeft vandaag beslist dat Nederland niet verplicht is drie Congolese asielzoekers die bij het Internationaal Strafhof in Scheveningen gedetineerd zitten, van het Strafhof over te nemen.

Bij het Internationaal Strafhof (het ICC) in Scheveningen is in de afgelopen jaren een strafzaak behandeld tegen Germain Katanga en Mathieu Chiu; zij worden verdacht van het plegen van internationale misdrijven in Congo.

Op verzoek van het ICC zijn eind maart 2011 drie personen uit Congo naar Scheveningen overgebracht teneinde in deze strafzaak als getuigen te worden gehoord. De drie zaten zelf al meerdere jaren in Congo in voorlopige hechtenis op verdenking van betrokkenheid bij de dood van VN-militairen en hoogverraad. Tussen het ICC en Congo zijn afspraken gemaakt om hun komst naar Scheveningen mogelijk te maken.

De drie Congolese getuigen hebben begin mei 2011 hun getuigenverklaringen afgerond. Kort daarna hebben zij bij de Nederlandse autoriteiten asiel aangevraagd. Zij vrezen dat zij als gevolg van hun verklaringen die zij onder meer over de zittende president van Congo hebben afgelegd, na terugkeer in Congo blootgesteld zullen worden aan vervolging of onmenselijke behandeling.

Volgens art. 93 lid 7 van het Statuut van Rome inzake het Internationaal Strafhof (het Statuut) moeten getuigen die als gedetineerden uit een ander land zijn overgebracht, onmiddellijk na het afronden van hun getuigenis door het ICC worden teruggezonden naar hun land van herkomst.

Het ICC heeft echter de nakoming van deze verplichting ten aanzien van de drie Congolese getuigen opgeschort, omdat terugzending naar Congo onaanvaardbaar afbreuk zou doen aan hun internationaal erkende recht om als vluchteling asiel aan te vragen. Het ICC zoekt in overleg met Nederland en Congo naar een oplossing voor hun detentie gedurende de asielprocedure. De Nederlandse autoriteiten hebben echter geweigerd de drie gedetineerde asielzoekers van het ICC over te nemen.

De Congolese asielzoekers vorderen daarom in kort gedingdat Nederland wordt geboden mee te werken aan overdracht van hen door het ICC. Volgens hen handelt Nederland onrechtmatig en in strijd met het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) door hun detentie op Nederlands grondgebied in stand te laten zonder dat enige rechterlijke toetsing van de rechtmatigheid daarvan plaatsvindt. Als zij door Nederland worden overgenomen, kan hun (vreemdelingen-)detentie door de Nederlandse rechter worden getoetst.

Nadat de voorzieningenrechter hun vordering had toegewezen, heeft het gerechtshof in Den Haag die afgewezen (ECLI:NL:GHSGR:2012:BY6075). De Hoge Raad heeft vandaag het beroep daartegen van de asielzoekers verworpen.

De Hoge Raad verwijst naar een uitspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (ECLI:NL:XX:2012:BY2306). Die uitspraak had eveneens betrekking op de detentie van een (andere) Congolese getuige bij het ICC op de voet van art. 93 lid 7 Statuut. Het Europese Hof heeft geoordeeld dat het EVRM Nederland niet verplicht de rechtmatigheid van de detentie van getuigen bij het ICC juridisch te toetsen. De wettelijke basis voor die detentie berust op het Statuut en de afspraak tussen Congo en het ICC.

Volgens de Hoge Raad is verder van belang dat het Statuut bij het overbrengen van getuigen die in een ander land gedetineerd zijn, geen toetsing mogelijk maakt van de rechtmatigheid van die detentie. Het ICC onthoudt zich daarom van toetsing van de rechtmatigheid van de detentie van de getuigen in het andere land, teneinde de samenwerking met de bij het ICC aangesloten verdragsluitende staten en hun soevereiniteit niet te ondergraven. Daarmee wordt tevens het belang gediend van een zorgvuldige behandeling van de bij het ICC aanhangige strafzaken, doordat getuigen kunnen worden gehoord die elders gedetineerd zitten.

Als Nederland de drie Congolese getuigen zou overnemen in afwachting van de uitkomst van hun asielprocedure en hun asielverzoek op enig moment definitief zou worden afgewezen, kan naar het oordeel van de Hoge Raad niet worden gewaarborgd dat zij overeenkomstig het Statuut kunnen worden teruggestuurd naar Congo. Een eventuele vreemdelingenbewaring kan immers niet voor onbepaalde duur worden verlengd.

Volgens de Hoge Raad zal daarentegen, indien in de asielprocedure wordt beslist dat de Congolese getuigen een verblijfsvergunning moet worden verleend of dat zij niet veilig naar Congo kunnen worden teruggestuurd, op Nederland de verplichting rusten dienovereenkomstig te handelen. Daarmee zijn de fundamentele rechten en vrijheden van de drie Congolese getuigen in voldoende mate gewaarborgd.'



3 april 2014
Veiling Olympisch paard London kan doorgaan

'De voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland heeft in een kort gedingdat vandaag diende beslist dat de verkoop van Olympisch paard London, kan doorgaan. Het kort geding was aangespannen door het bedrijf Gevi International, dat beweert eigenaar van London te zijn. Het paard wordt op de veiling te koop aangeboden door Gevi Gorssel, een bedrijf dat deel uitmaakte van het inmiddels failliete Eurocommerce concern. In het kort geding moest antwoord gegeven worden op de vraag wie de eigenaar van London is: Gevi International of Gevi Gorssel.

Curatoren willen London verkopen
London was ooit eigendom van het concern van Eurocommerce dat in 2012 failliet werd verklaard. Vlak voor dit faillissement zijn de aandelen in Gevi Gorssel, waarin de paardenstal met bijzondere en kostbare paarden zat, buiten het concern gebracht en gekocht door Gevi International. In een eerdere rechtszaak is het de curatoren al gelukt om de overdracht van de paardenstal terug te draaien. Schuldeisers van Eurocommerce, waaronder de Rabobank, zijn blijven zitten met miljoenen aan niet meer te incasseren vorderingen. De curatoren van Eurocommerce proberen sindsdien zoveel mogelijk geld terug te krijgen. Dat zou onder andere kunnen doordat het paard London wordt verkocht. Aangezien de bank een pandrecht heeft, zou met de opbrengst van het paard, en de opbrengsten van de andere paarden, zo toch een deel van de vordering betaald kunnen worden.

In kort geding heeft Gevi International geprobeerd dat te verhinderen, maar zonder succes. De vordering van Gevi International dat de veiling niet door mocht gaan, is door de voorzieningenrechter dan ook afgewezen.'



3 april 2014
Opnieuw hoge straffen in omvangrijke drugszaak Maskerbij

'Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft vandaag uitspraak gedaan in de zaak Maskerbij. In deze omvangrijke drugszaak stonden in hoger beroep dertien verdachten terecht. Zes verdachten werden veroordeeld tot gevangenisstraffen variërend van twee tot zes jaar. Drie verdachten kregen een werkstraf. Het hof sprak vier verdachten vrij.

Criminele organisatie
Maskerbij is de codenaam van een twee-jaar-durend politieonderzoek naar een criminele organisatie die zich in 2010 - 2011 bezighield met de grootschalige im- en export van hasj en hennep. De organisatie maakte op een professionele manier gebruik van voortdurend wisselende telefoons en telefoonnummers, diverse ontmoetingslocaties en ingewikkelde codetaal. Er was sprake van een duidelijke rolverdeling voor onder meer de ‘klantcontacten’ in het buitenland, de in- en verkoop van de drugs, de verpakking en het transport van de drugs, en het transport van geld.

Ruim 4000 kilo drugs
In de rechtszaak draaide het vooral om drie transporten naar Italië van in totaal circa 400 kilo hasj en hennep, drie transporten naar Engeland van in totaal zo’n 700 kilo hennep en een transport van Pakistan naar Nederland van ruim 3000 kilo hasj. Daarnaast was er sprake van witwassen, het kweken en drogen van hennep, en verboden wapenbezit.

Langdurige gevangenisstraffen
Het hof had vijftien zittingsdagen uitgetrokken voor de inhoudelijke behandeling van de zaak. Net zoals de rechtbank op 7 maart 2013 legt het hof aan de zes hoofdverdachten een langdurige gevangenisstraf op. Anders dan de rechtbank, vindt het hof dat een 43-jarige man uit Roermond geen hoofdrol maar een bijrol heeft gehad. Daarom wordt aan hem geen vijfeneenhalf jaar, maar drie jaar gevangenisstraf opgelegd. Verder vindt het hof dat de betrokkenheid van een 51-jarige man uit Rotterdam bij de transporten naar Engeland niet is komen vast te staan. Hij krijgt in hoger beroep daarom twee jaar in plaats van vier jaar. De rechtbank had eerder een 52-jarige man uit Helmond vrijgesproken voor zijn betrokkenheid bij een van de Italië-transporten. Het hof vindt dat hiervoor wel voldoende bewijs is en legt hem geen achttien maanden maar twee jaar gevangenisstraf op.

Vrijspraak
De vier verdachten die door de rechtbank ook al werden vrijgesproken, werden opnieuw vrijgesproken. Onder hen ook de weduwe en schoonvader van de vermeende leider Aran de Jong, die vlak voor het begin van het proces bij de rechtbank in november 2012 werd doodgeschoten.'



3 april 2014
Celstraf en tbs met voorwaarden voor zware mishandeling agenten

'Een 33-jarige man uit Nijmegen is veroordeeld voor poging tot zware mishandeling van twee agenten. Hij krijgt een gevangenisstraf van 365 dagen en tbs met voorwaarden. Hij moet langdurig worden behandeld in een forensische psychiatrische kliniek.

Met forse kracht geslagen
De man heeft twee agenten zwaar mishandeld. Onder invloed van medicatie, drugs en alcohol heeft hij met houten stokken met forse kracht op de agenten ingeslagen. De agenten hebben hierdoor letsel, waaronder hoofdletsel, opgelopen.

Snelle behandeling
De man heeft ernstige psychiatrische problemen. Deskundigen adviseerden dat hij zo snel mogelijk moet worden behandeld in een forensische psychiatrische kliniek. De rechtbank neemt dit advies over en legt aan hem een gevangenisstraf op van 365 dagen en tbs met voorwaarden, waaronder een klinische behandeling. De opgelegde gevangenisstraf is vrijwel gelijk aan de tijd die de man al vastzit zodat hij snel aan de behandeling kan beginnen.'



2 april 2014
Ook in hoger beroep achttien jaar voor huurmoord in Son

'Vandaag is een 52-jarige man in hoger beroep veroordeeld tot achttien jaar gevangenisstraf voor de moord op een man in het Brabantse Son. De verdachte bracht in oktober 2002 bij visvijver Ekkersweijer een man uit Breda met drie pistoolschoten van dichtbij om het leven. Hij liep in de vroege morgen van 8 oktober 2002 naar de bestelbus waarin het slachtoffer zat en begon vrijwel meteen nadat het portier was geopend te schieten. Het slachtoffer werd onder meer door zijn hoofd geschoten.

DNA-match
De verdachte kwam na de moord niet meteen als mogelijke dader in beeld. Toen in 2008 zijn DNA-profiel in een databank werd opgenomen, bleek er een match tussen zijn DNAen het DNA op een sigarettenpeuk die was gevonden op enkele tientallen meters van de bestelbus van het slachtoffer. De verdachte heeft verklaard dat de peuk daar terecht moet zijn gekomen omdat hij er wel eens ging joggen. Het hof vindt die verklaring echter niet geloofwaardig. Op grond van de DNA-match en getuigenverklaringen vindt het hof bewezen dat de verdachte degene is die de fatale schoten heeft gelost.

Bedreigde getuige
Het gerechtshof heeft onder meer een verklaring van een anonieme getuige als bewijs gebruikt. Deze getuige is anoniem gebleven omdat aan de getuige de status van bedreigde getuige is toegekend. Het hof vindt de verklaring van de anonieme getuige betrouwbaar omdat die op belangrijke punten overeenkomt met de resultaten van het politieonderzoek en met wat een andere getuige heeft verklaard.

Koelbloedige liquidatie
Bij het bepalen van de straf heeft het hof ermee rekening gehouden dat de moordaanslag het karakter heeft van een koelbloedige liquidatie: er is sprake van een zogenaamde huurmoord. De verdachte heeft gehandeld in opdracht van een ander en tegen betaling. Het hof rekent het de verdachte aan dat hij het leven van een ander bewust heeft opgeofferd uit zelfverrijking. De opgelegde straf van achttien jaar komt overeen met de eis van het openbaar ministerieen de straf die de rechtbank eerder oplegde.'



2 april 2014
Gevangenisstraf voor zware mishandeling en bedreiging

'De rechtbank Gelderland heeft vandaag een 29-jarige man uit Arnhem veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden voor onder andere een zware mishandeling en een bedreiging gepleegd op 5 juni 2013 en 3 september 2013.

Knokploeg
Op 5 juni 2013 is de man met een knokploeg een woning in Driel binnengedrongen en heeft een man daar zwaar mishandeld. Vervolgens is het slachtoffer mee naar buiten gesleurd waar de molestatie is voortgezet. Daarna is het slachtoffer aan zijn lot overgelaten. Met de ambulance is hij afgevoerd naar het ziekenhuis. Daar bleek dat het slachtoffer zwaar toegetakeld was en geopereerd moest worden.

Terreur
Nadat het slachtoffer aangifte had gedaan, begon een periode met bedreigingen en angst, die valt aan te merken als terreur. Niet alleen het slachtoffer maar ook mensen in zijn directe omgeving, werden op diverse momenten door de Arnhemmer en zijn maten, op niet mis te verstane wijze duidelijk gemaakt dat zij grote problemen zouden krijgen als zij de naam van de Arnhemmer noemden.

Doorgeladen pistool
Deze structurele intimidatie liep uit op een angstaanjagende bedreiging op 3 september 2013. Het slachtoffer werd door de Arnhemmer en een maat in de auto meegevoerd naar een afgelegen plaats in het bos in Oosterbeek. Terwijl hem werd toegebeten dat dit gebeurde als hij zijn mond niet hield, werd hem een pistool tegen zijn hoofd gezet en later in zijn mond gedrukt. Het pistool was op dat moment doorgeladen.

Onvoorwaardelijke gevangenisstraf
Gelet op de grofheid van de geweldplegingen en het gebrek aan respect voor het leven van de medemens dat hieruit blijkt acht de rechtbank voor de Arnhemmer een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 30 maanden op zijn plaats.

Medeverdachte
De 23-jarige man die eveneens betrokken was bij de bedreiging op 3 september 2013 is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden. Deze man is tevens veroordeeld voor het voorhanden hebben van meerdere wapens en een mishandeling.'



2 april 2014
Boete Delfts raadslid SP voor schenden ambtsgeheim, vrijspraak raadslid Leefbaar Delft

'De rechtbank Den Haag legt Delfts SP-raadslid Maurits Bongers een boete op van 500 euro voor het delen van geheime informatie met de pers over de aanbesteding en het ontwerp van de Sebastiaanbrug in Delft uit een commissievergadering van oktober 2013. Leefbaar Delft-raadslid Jan Peter de Wit krijgt in een andere zaak geen boete voor het delen van informatie over afvalbedrijf Avalex uit een commissievergadering van juni 2012, omdat de rechtbank niet kan vaststellen of hij zijn ambtsgeheim heeft geschonden.

Het SP-raadslid uit Delft bracht opzettelijk en bewust de informatie naar buiten, ondanks dat hij wist van de opgelegde geheimhoudingsplicht tijdens de besloten vergadering van de raadscommissie Spoorzone, Verkeer en Ruimte van 31 oktober 2013. De notulen zijn hier ook duidelijk over. De rechtbank oordeelt daarom dat hij strafbaar is.

In het geval van het Leefbaar Delft-raadslid is er geen duidelijkheid over de geheimhoudingsplicht. Van de betreffende vergadering van de commissie bestuur leefomgeving en duurzaamheid van 12 juni 2012 bevinden zich geen notulen in het dossier. Nog daargelaten of op de juiste wijze tot het opleggen van de geheimhouding is besloten, stelt de rechtbank vast dat uit het dossier niet kan worden opgemaakt op welke wettelijke grond de beslissing tot het opleggen van de geheimhouding is genomen. De rechtbank spreekt De Wit daarom vrij.'



Bron: www.rechtspraak.nl.

-
-
WWW.UWWET.nl
Sinds 2009. Alle rechten voorbehouden.

Uwwet.nl